Het uitgangspunt van de counseling is het begeleiden van mensen die de regie over het eigen levenseinde willen overwegen, nastreven en/of behouden.
Deze begeleiding vindt plaats door middel van non-directieve, verhelderende en (algemeen) informatieve gesprekken. Counselors treden de cliënt met levenseindevragen in volle ernst tegemoet. Dat doen zij met empathische betrokkenheid en kritische feedback. De cliënt komt zo tot meer helderheid en inzicht, en zo mogelijk tot een weloverwogen besluit. De consequenties van een beoogd handelen (bijvoorbeeld voor naasten) worden eveneens besproken. De zelfbeschikking en de eigen verantwoordelijkheid van de cliënt zijn en blijven leidend. |
Zorgvuldigheid is in gesprekken het sleutelwoord bij uitstek.
Dat een eventueel levenseindebesluit zorgvuldig genomen dient te worden, is welhaast een vanzelfsprekendheid. Maar ook de voorbereiding en de uitvoering, en het hebben van oog voor de naaste omgeving die betrokken wordt of raakt bij het besluit, behoeven een zorgvuldige benadering. De overdracht van gedegen en actuele informatie over de organisatie van een humaan te bewerkstelligen eigen levenseinde is voor de counselors geen vanzelfsprekendheid. |