Het levenseindemiddel van de Coöperatie Laatste Wil Op 1 september jl. maakte de Coöperatie Laatste Wil onder meer via Nieuwsuur wereldkundig de beschikbaarheid van een levenseindemiddel in het kader van de zgn. autonome route om zo, in de woorden van de CLW, ‘de uitoefening van zelfhulp bij een voltooid leven in immateriële en materiële zin te ondersteunen’. Wat is ons daar nu over bekend? Onderstaande informatie is afkomstig van de website van de CLW, en van de NOS / Nieuwsuur. Mochten er onjuistheden in staan, dan gaarne repliek. De feiten op een rij: Wat is het?
- Niet onbelangrijk gezien de diverse gerechtelijke uitspraken: geeft de CLW een handleiding voor gebruik en opslag, of organiseren leden dat onderling? Het middel mag dan wel legaal verkrijgbaar zijn, maar het evidente gebruiksdoel en de omgang ermee door diverse betrokkenen raakt aan strafwetgeving. - Momenteel ligt er ook nog de zaak tegen Albert Heringa die bij de Rechtbank in ’s-Hertogenbosch, prognose najaar 2017, overgedaan dient te worden. [Heringa gaf zijn stiefmoeder medicijnen waarmee zij zich doodde en daarmee schond hij art. 294]. - Als overdracht van het middel tussen leden onderling potentieel strafbaar is, kan dan niet ieder lid beter (ondanks de klaarblijkelijke grote hoeveelheid) alleen voor zichzelf een bestelling plaatsen? Verdere overwegingen Er wordt door de CLW gesteld dat er in de wetenschappelijke literatuur al casuïstiek beschreven is van zelfdoding én van moord met het conserveermiddel. Van vele andere middelen (de diverse ‘pillen van Drion’) die in o.d. tot een zekere dood leiden, is casuïstiek openbaar en dus publiekelijk deelbaar. Over opiaten als morfine, oxycodon en depronal, over pentobarbital, chloroquine, etc. als ook over helium in relatie tot zelfdoding, is wereldwijd veel gepubliceerd. Dat komt de transparantie ten goede. En aangezien het hier gaat om uitermate definitieve, onomkeerbare beslissingen, lijkt SLC het van belang dat juist wel bekend gemaakt wordt waar het over gaat om te treden uit hetgeen waar de CLW zich sinds jaar en dag tegen keert: schimmige praktijken. Dus: waarom wordt die wetenschappelijke literatuur niet genoemd? Om hoeveel gevalsbeschrijvingen gaat het namelijk? Kent het gebruik van het middel andere risico’s? Is er kans op mislukking, zo ja, waardoor, zo nee, waar is de gepresenteerde betrouwbaarheid op gestoeld? Vooraf weten dat een middel volstrekt betrouwbaar is, is geen luxe in deze discussie. Omdat het gaat om een niet-natuurlijke dood: is nagedacht over onderzoek door schouwarts en recherche na overlijden? Is het middel traceerbaar bij bijv. bloedonderzoek? Is een natuurlijk overlijden te ensceneren door kwaadwillenden? Ofwel: hoe is geconstateerd dat het middel bij moord gebruikt is? Hoe gaat de groothandel reageren als zij weet dat zij middelen verhandelt die voor suïcide worden gebruikt? Is een groothandel die weet waar een bestelling voor gebruikt gaat worden niet ook bezig met strafbare hulp? Zo was het verkrijgen van zuivere helium geen probleem totdat bleek dat het gebruikt werd voor zelfdoding. De SLC begrijpt dat de try-out bedoeld is om deze vragen te tackelen en ‘kinderziektes’ weg te krijgen. De vraag is dan toch ook: loopt de proeftuin mogelijk uit op een proefproces? Leden zullen toch ook willen weten of zij ergens een juridisch risico kunnen gaan lopen - een risico dat zij kunnen aanvaarden indien er sprake is van informed consent. Aansluitend bij al deze gedachten: als volgens de CLW eenieder die lid wordt komt te weten om welk middel het gaat en als de CLW ook beweert dat het een kwestie van tijd is dat bekend wordt om welk middel het gaat: waarom niet meteen volledige openheid opdat eenieder geïnformeerd kan beslissen of hij/zij lid wil worden van de CLW voor dit ene specifieke doel? En, als dan toch bekend wordt om welk middel het gaat, en als de ideale situatie zou zijn dat het inderdaad straffeloos verhandeld kan worden, wat is dan nog de bestaansreden van de CLW? Dat zal dan overigens óók consequenties hebben voor de rol en de positie van andere (Nederlandse) recht-op-waardig-sterven-organisaties, waaronder de SLC zelf. Een openbare reactie van Philip Nitschke onderschrijft dit: “This development has the potential to radically change the global face of the voluntary euthanasia movement.” Ondanks deze (kritische) opmerkingen steunt de SLC dit initiatief. De CLW zet namelijk in op de verkrijgbaarheid van middelen om een zgn. waardig en humaan levenseinde in eigen regie maximaal mogelijk te maken, d.i. zonder controle door of bevoogding van anderen (als artsen) voor al diegenen die een dergelijke bevoogding niet op prijs stellen. De SLC kán dat streven ondersteunen omdat ook zij zelfbeschikking hoog acht. Echter, de SLC wil naast het informeren over middelen en methoden ook nadrukkelijk stilstaan bij de zorgvuldigheid van het gehele proces dat samenhangt met een zelfgekozen levenseinde in eigen regie: zowel wat betreft besluitvorming, voorbereiding, uitvoering als het hebben van oog voor de positie van naasten. Derhalve is van belang te beseffen dat ‘haast’ zelden goed is. Weloverwogenheid is hetgeen nagestreefd zou mogen worden bij een als volwassen te duiden levenseindebesluit. Voor vragen over middelen, methoden en zorgvuldigheid, stuur een mail naar: [email protected]
Voor vragen over de plannen van de Cooperatie Laatste Wil, neem contact op met die organisatie: [email protected] Comments are closed.
|
NIEUWS
|